Het inzicht dat bij productie en consumptie negatieve (en soms ook positieve) effecten ontstaan, die niet in de prijzen worden meegenomen viert dit jaar zijn eeuwfeest. In 1920 publiceerde de Britse econoom Arthur Pigou zijn boek ‘The Economics of Welfare’, waarin hij het idee van deze externaliteiten – afgewentelde effecten – uitwerkt en een belasting uitdenkt, waarmee de externe effecten kunnen worden teruggedrongen en de welvaart kan worden vergroot. Deze wordt een Pigouviaanse belasting genoemd.
Het is een prettige gedachte dat door afwenteling van kosten op natuur en milieu, dieren, anderen en de toekomst tegen te gaan, de welvaart kan worden vergroot. Echte welvaart, wel te verstaan, niet de ‘platte’ variant waarin alleen in termen van geld en Bruto Binnenlands Product (BBP) wordt gedacht. Maar die verhoging van de echte of brede welvaart ontstaat niet vanzelf. Er moet welbewust in de markttransacties worden ingegrepen. Door marktpartijen zelf, die op vrijwillige basis hun productie- en consumptiegedrag kunnen aanpassen, maar zeker ook door overheden die immers de enige actor zijn die maatregelen kan treffen die andere spelers niet kunnen treffen. Bijvoorbeeld een Pigouviaanse of welke andere belasting dan ook, kan alleen door overheden worden ingesteld. Bindende regels aan productie en consumptie kunnen alleen door overheden worden opgelegd.
De noodzaak de ‘juiste’, echte en eerlijke prijzen te gaan hanteren is de laatste jaren sterk in discussie gekomen, eerder onder meer in het energie- en mobiliteitsdomein en momenteel is er veel belangstelling in de landbouw- en voedselhoek. Er wordt volop gewerkt aan methodiekontwikkeling, voor verschillende producten worden echte en eerlijke prijzen geraamd. De grote vraag is: hoe zorgen we ervoor dat de berekende externe kosten daadwerkelijk in de prijzen worden verwerkt, zodat voor alle marktpartijen de planeet-sparende opties aantrekkelijker worden dan de praktijken die schade en afwenteling opleveren. Wat kunnen marktpartijen op vrijwillige basis doen? Tot waar reikt hun polsstok, en waar is de overheid nodig als marktmeester om een groen en gelijk speelveld voor iedereen te creëren? De overheid, dat zijn we allemaal, maar we gedragen ons nog niet als zodanig. En op welke wijze kan dan worden gestuurd? Inderdaad die befaamde Pigouviaanse belastingen, of zijn andere instrumenten wellicht toch beter of beter haalbaar? Er zijn immers ook opvattingen, machten en krachten die verandering in de weg staan – welke zijn dat en wat is nodig om de inzichten van een eeuw geleden vanaf 2020 realiteit te maken? Zonder de juiste prijzen zullen economische transformaties traag en moeizaam blijven – echte en eerlijke prijzen geven de transities een enorme wind in de rug. Maar juist daarom is er ook weerstand en discussie.
Op Springtij Forum gaan we deze gesprekken aan en gaan we op zoek naar handvatten om een economie te bouwen, waarin de prijzen de waarden weerspiegelen die we willen realiseren.
Jan Paul van Soest
Co-loods en facilitator Economische transformatie